Morgen is het zover. Ze belden me vandaag nog even, van Spoorloos, om me netjes te melden dat het inderdaad morgen wordt uitgezonden. Ik heb er eigenlijk al een week buikpijn van. Ik hou mezelf vooral heel druk bezig, en ik vermoed dat ik dat ook doe om mezelf alvast te behoeden voor teleurstellingen. Mensen zeggen het ook geregeld tegen me. Hou je er rekening mee dat je hem niet vindt? Dat hij niet op jou zit te wachten? Hij was immers a-no-niem, hè. En wat nou als het een klootzak is?
Ik heb er nooit ‘rekening mee gehouden’ dat ik hem vind. Sterker nog, ik mag van mezelf helemaal nergens op hopen. Ik heb ook geen enkele fantasie over een ontmoeting met mijn biologische vader en maak mezelf geregeld wijs (al of niet terecht, dat zal blijken) dat ik hem inderdaad nooit zal vinden. Ik geloof wel heilig in het feit dat ik de komende veertig jaar een zusje of broertje ontmoet. Halfzus of halfbroer, zeggen sommigen dan, alsof mijn hoop en verwachtingen getemperd moeten worden en ik het vooral niet ‘groter’ moet maken dan het is.
Maar het IS groot voor mij. Het is de helft van mijn afkomst. De helft van mijn DNA. De helft van mijn uiterlijk (of misschien zelfs meer), de helft van mijn intelligentie, de helft van mijn emoties, mijn onrust, mijn liefde, mijn leven. Het is de helft van wie ik ben. Hij is de helft van wie ik ben. En voor we in een discussie over ‘nature’ versus ‘nurture’ belanden: de ‘nurture’ is bij mij niet zo heel goed geslaagd, dus ik val graag terug op ‘nature’. Noem het een overlevingsstrategie met hindernissen.
Ik heb goede hoop dat mijn biologische vader, mocht hij geconfronteerd worden met mijn zoektocht en mij mogelijk herkent, zich zal melden. Waarom ik dat denk? Omdat ik weet dat het geen ‘klootzak’ is. Hij heeft ooit een onbekend stel geholpen hun diepste wens, hun kinderwens te vervullen. Dan ben je begaan met anderen. Hij deed dat in een tijd dat de ‘fertiliteitsindustrie’ nog niet volledig gecommercialiseerd was. Ik heb recent begrepen dat één inseminatie negentig gulden kostte. Geen idee hoeveel hij voor zijn donatie ontving, maar rijk zal hij er in ieder geval niet van geworden zijn. En ik denk dat ik een aantal heel prettige eigenschappen van de beste man geërfd heb, waar ik heel gelukkig mee ben. Ik ben aardig gelukt, dus waarom zou hij dat niet zijn?
Enige tijd terug zag ik een Australische documentaire, Sperm Donors Anonymous (helaas slechts korte tijd gratis te zien geweest), waarin donorkinderen geportretteerd werden in de zoektocht naar hun biologische vader. Die vaders waren in de documentaire ook te zien. Wat een geweldige mannen waren dat! Mannen die zich open stelden voor hun anonieme kroost. Zich kenbaar maakten, omdat ze onderkennen dat anoniem doneren bij-effecten heeft die niemand toen kon (of wilde) voorzien. Het is zo eenvoudig je nageslacht rust te geven. En dan is het aan de biovader en zijn kroost om te bepalen of en hoe ze hun relatie in de toekomst vormgeven.
Als het meezit, vindt mijn ouders’ spermadonor het helemaal geen probleem mij te helpen, zoals hij jaren terug ook mijn ouders hielp. Ik ben te oud om zijn nageltjes te lakken, krullen te draaien in zijn haar of op zijn voeten door de kamer te dansen. Maar een ontmoeting die mij rust geeft, dat moet toch niet zo ingewikkeld zijn?
Ik hoop dat hij of zijn familie morgen TV kijkt en me herkent. Dat ze bellen of mailen. Dat donoren van andere Swaab-kinderen zich melden. Bij Spoorloos of bij Fiom. Dat iedereen die betrokken is bij de donatie van zaad, eitjes of embryo’s de uitzending ziet en weet dat je nooit iemands afkomst mag verzwijgen, toedekken, afpakken of verloochenen.
Duim je alsjeblieft voor me maandagavond?
Liefs, Ester
PS Als je op de hoogte wilt blijven de komende tijd, meld je dan hier aan voor een automatisch bericht als ik een nieuw stukje publiceer.
Oh Es, wat spannend! Hoop zo dat hier iets uitkomt voor jou! Natuurlijk ga ik kijken, dikke kus Natas
Lieve Ester, wat kan je toch mooi verwoorden wat je bezighoudt. Een geweldige gave maar toch zeker ook een kunst. Knap hoor. Natuurlijk kijk ik morgen, duimend voor jou, naar Spoorloos. Hou je sterk, liefs Nola
Hoi Ester,
We kennen elkaar niet maar ik zou het zo geweldig vinden als die wens voor jou in vervulling zou gaan. Ik heb het idee dat de mogelijkheden tot een ontmoeting tussen een donorkind en de donor toeneemt. In de media is er al meer aandacht voor dan een aantal jaren geleden en hoe meer aandacht, des te meer kansen..het Fiom heeft het zo druk dat er al een achterstand ontstaat. Dat zijn mooie berichten. Kom op donoren, meld je!! Groet, Hilbert..
Wat een hartverwarmende reactie is dit! In België is er helaas nog veel meer taboe rond en bestaat er nog geen databank of centraal register. Soms denk ik, er is geen beginnen aan. Maar als ik dan zo’n reactie lees, denk ik, zo moeten er “bij ons” ook toch mensen zijn die dit begrijpen en ons toewensen.
Groetjes, An (Belgisch donorkind)
Wie wil kan mij volgen op: https://opzoektocht.wordpress.com
Goeiemorgen Hilbert, heb je gister Spoorloos gezien? Ik hoop dat dat bijdraagt aan de openheid en de mogelijkheid elkaar inderdaad te ontmoeten. Al zou een broertje of zusje ook al geweldig zijn hoor! Ik wens je een hele fijne dag. Hartelijke groet, Ester
Hoi Ester, ook goedemorgen. Bijna ademloos heb ik naar Spoorloos gekeken. Als je niet beter wist zou je denken dat het een korte speelfilm was. Met jou in de hoofdrol en jezelf als karakter. Dit is een heel creatieve manier om jou wens een kans te geven. En je deed het fantastisch, jezelf “spelen”. Je hebt de kijkers gewezen op het feit dat er donorkinderen zijn en dus ook donoren en half broertjes/zusjes. En donoren kijken ook tv en zijn vaak moedige mensen. Voor jou en vele anderen weer een stap in de goede richting. Groet, Hilbert.